Als je Tiny Dancer van Elton John hoort weet je dat de man (samen met Bernie Taupin) ooit echt wel briljant was. Vraag het Dave Grohl. Toen kreeg Disney compromitterende foto’s in handen en dwongen hem om bizar slechte muziek te schrijven. Gewoon, omdat ze dat konden. Zo is het ook met Queen gegaan. Niet van die foto’s (Freddie en de zijnen hadden weinig te verbergen), maar er is wel een moment geweest toen het ineens heel hard downhill ging met deze band. Toen ging het toch meer om de outfitjes en de lichtshow dan om de muziek. Joost Reijnders van Barbarella (doet het zo) is zo goed om Queen te laten horen zoals Queen bedoeld is. Het hoeft nog steeds niet je ding te zijn, maar het haalt de band wel weer even uit de sfeer van zeehondenreclames en de Top 2000.

Liner notes:

‘In 1980 woonde ik met mijn ouders en zusje in een vinexwijk in Nieuwegein. In de woonkamer stond een Philips televisie met 8 voorkeuzekanalen. En op één van die kanalen zag ik een videoclip waar ik behoorlijk van onder de indruk was. Een duif veranderde in een man en het was ook nog eens prachtige muziek.

Vier jaar later was het weer een clip die me bij Queen bracht. Door de beelden van Fritz Lang’s Metropolis kocht ik mijn eerste lp: The Works. Apetrots en onder de indruk van nummers als Tear It Up en Hammer To Fall. Ik vond het vreselijk stoere muziek (vergeet niet: ik was 12).

Zoals een fan betaamt ging ik alle Queen lp’s verzamelen. En hoe verder ik terugging in de tijd hoe mooier het werd. Dankzij Queen ontdekte ik Led Zeppelin en Jimi Hendrix en the Beatles. En ik ontdekte de oude Queen lp’s. Ik ontdekte News of the World, A Day at the Races, Sheer Heart Attack en de soundtrack van mijn pubertijd: Queen II. Gitaar! Meer Gitaar! Koortjes! Piano! Melancholie! Rock! Bombast! Geweldig. Wat Queen vanaf de jaren ’80 produceerde sprak mij, op een enkele opleving (Innuendo) en een paar singles na, helaas niet meer aan.

Dit jaar is het 20 jaar geleden dat Freddie Mercury overleed en 40 jaar geleden dat Queen begon. Daarnaast heeft de band een nieuwe platenmaatschappij (Universal). En dus komt er een film en worden veel cd’s opnieuw opgegeven. Bij deze Perfect Queen ligt het zwaartepunt bij (volgens mij) de meest interessante periode: die vanaf het debuutalbum Queen uit 1973 tot en met Jazz uit 1978. De hits heb ik zoveel mogelijk vermeden. Die zouden weinig toevoegen: iedereen kent ze wel en anders zijn er genoeg Greatest Hits albums te vinden.’