Bobby Womack. Dat was dus niet de ene helft van Womack & Womack. Dat duo met die klapper uit de jaren tachtig, Teardrops. Dat was Cecil, zijn broer samen met zijn vrouw. Die vrouw, Linda Womack, was de dochter van de ex-vrouw van Bobby. Bobby werd ooit in bed betrapt met Linda door die ex-vrouw (toen waren ze nog getrouwd overigens) en beschoot hem vervolgens met een pistool. Bent u daar nog? Woehoe! Dit en nog veel meer goede verhalen rond het leven en de muziek van Bobby Womack lees je in de uitgebreide bijsluiter van David Kleijwegt, die ook deze Perfect maakte. Geweldige muziek én geweldige verhalen, dus.

David Kleijwegt doet – zoals ie zelf zegt – ‘iets’ bij de VPRO en schrijft voor Vrij Nederland over popmuziek en meer. De hier aangehaalde uitspraken van Bobby Womack komen uit eerder verschenen artikelen voor Vrij Nederland en Algemeen Dagblad.

Liner notes:

Er zijn wel meer soulzangers wiens leven verdomd veel weg heeft van een klassieke soulsong.

Maar op dat gebied verslaat Bobby Womack ze allemaal. Zijn leven is niet één klassieke soulsong, eerder een lijvige compilatie van de meest tragische en dus beste klassieke soulsongs. Sommige van die verhalen verzin je gewoon niet. Zoals het verhaal van zijn eerste vrouw: Barbara.

Dat verhaal heeft een voorgeschiedenis.

Soullegende Sam Cooke was de man die The Womack Brothers, de gospelformatie van Bobby en zijn broers, omvormde tot de vurige rhythm & blues-band The Valentinos. The Valentinos vergaarden wereldroem met één song, het mede door Bobby geschreven ‘It’s All Over Now’, dat de eerste nummer een-hit in de Verenigde Staten werd van de Rolling Stones. Womack speelde inmiddels gitaar in de band van Cooke, toen hij eind 1964 onder duistere omstandigheden in Los Angeles overleed door een kogel van een hoteleigenaar.

Drie maanden na Cookes dood trouwde Womack met diens weduwe Barbara Campbell. Een huwelijk dat maar vijf jaar stand hield, mede vanwege de enorme commotie die het in de muziekwereld veroorzaakte. Womack zegt dat zijn solocarrière er zeer onder heeft geleden: hij was besmet verklaard. In ‘Blunt Ashes’ refereert rapper Nas nog aan het huwelijk, dat niet stabieler werd van de affaire die Bobby begon met stiefdochter Linda. Barbara betrapte het stel in bed en beschoot haar echtgenoot vervolgens met een pistool. Om het verhaal nog wat ingewikkelder te maken: dezelfde Linda zou niet veel later trouwen met Bobby’s broer Cecil. Als Womack & Womack scoorden ze eind jaren tachtig een grote hit in Nederland met ‘Teardrops’.

En dat is nog maar één verhaal.

Je zou bijna vergeten dat Bobby Womack tijdens zijn vijftig jaar in de muziekbusiness (‘En die jaren tellen dubbel’, vertelde hij me vorig jaar nog, ‘dus zeg maar gerust honderd.’) een fantastisch repertoire heeft opgebouwd, Hoog tijd dus, met het optreden van de Amerikaanse legende op North Sea Jazz in het vooruitzicht, voor een Perfect Bobby Womack. Compleet met toegift. Want die heeft Womack vanwege zijn staat van dienst wel verdiend.

California Dreamin’

Iedereen zal die eerste regel kennen: ‘All the leaves are brown and the sky is grey.’ Maar anders dan in de toch vrij zomers klinkende hituitvoering van The Mamas and the Papas zingt Bobby Womack die regel alsof het werkelijk zo is, dat van die bruine bladeren en die grijze lucht. En dat geeft deze versie absoluut bestaansrecht.

Behalve een gerenommeerd componist is Womack door de jaren heen ook een vermaard vertolker van covers gebleken. Een die zich bovendien niet snel laat afschrikken door een al te grote bekendheid van het lied in kwestie. Zo vertolkte hij onder meer eveneens ‘All Along The Watchtower’ van Bob Dylan (al is het de versie van Hendrix die Womack imiteert – had voor mij niet gehoeven), ‘Sweet Caroline’ van Neil Diamond (best leuk), het door Sinatra populair geworden ‘Fly Me To The Moon’ (ook best leuk) en ‘(You Make Me Feel Like A) Natural Woman’, dat bij hem ‘Natural Man’ heet (beduidend minder leuk, maar hij heeft wel een uitstekend excuus: Womack is als gitarist te horen op de classic van Aretha Franklin).

Verder is ‘California Dreamin’’ een van de bewijsstukken dat in elk decennium opnieuw Bobby Womack en zijn muziek worden ontdekt.

Hier gaan we, in vogelvlucht:

De jaren zestig: met het mede door Bobby Womack geschreven ‘It’s All Over Now’ halen de Rolling Stones voor het eerst de top van de Amerikaanse hitparade. 

De jaren zeventig: hij heeft (Amerikaanse) hits onder eigen naam met ‘Woman’s Gotta Have It’, ‘Lookin’ For A Love’ en ‘Nobody Wants You When You’re Down And Out’.

De jaren tachtig: Womack bereikt zijn artistieke top met The Poet en The Poet II, platen die eveneens grote verkoopsuccessen zijn. Al beweert de man zelf dat hij er geen cent van heeft gezien…

De jaren negentig: Quentin Tarentino gebruikt een song van Womack, ‘Across 110th Street’, oorspronkelijk van de soundtrack van een oude Blaxploitation-film, voor het begin en het slot van zijn Jackie Brown.

De jaren nul van deze eeuw: ‘California Dreamin’’ speelt een prominente rol in Fish Tank, het rauwe art house-drama van Andrea Arnold uit 2009. Het is de muziek waarop hoofdpersoon Mia, een getalenteerd maar getroubleerd pubermeisje uit een achterstandswijk, danst en auditie doet. Overigens was ‘California Dreamin’’ in de jaren zestig al een bescheiden hit voor Womack.

De jaren tien: Bobby Womack wordt omarmd door Damon Albarn, die eerder met hem werkte in Gorillaz, en XL-labelbaas Richard Russell. De puristen gruwen van het nogal elektronische geluid; anderen horen een fantastisch zanger in een spannend muzikaal decor.

Woman’s Gotta Have It

Darryl Carter, een gerenommeerd songwriter die heeft gewerkt voor Stax Records en Hi Records, kende een vrouw die getrouwd was met een man die, wat ze ook deed, maar geen sjoege gaf. Dus wilde ze van hem af. Dat gegeven bouwde hij uit tot ‘Woman’s Gotta Have It’, de eerste grote hit van Bobby Womack, die zelf een steentje bijdroeg aan de compositie.

Pikant detail is dat ook Linda Marie Campbell, die inmiddels Linda Womack heette door haar huwelijk met broer Cecil, aan het nummer meeschreef. Juist ja, Linda, de dochter van Sam Cooke met wie Bobby in bed werd betrapt door Barbara, de weduwe van Cooke die destijds met hem was getrouwd.

Pffh – ‘Woman’s Gotta Have It.’

Dat hits een zegen en vloek tegelijkertijd kunnen zijn, weet Womack als geen ander. Vorig jaar liet hij nog weten: ‘Ik had een nummer geschreven, ‘Woman’s Gotta Have It’, dat goed was gevallen bij het publiek. Of ik er niet nog een paar in die lijn wilde schrijven? Ik deed het, maar het voelde niet goed.’   

Harry Hippie

Dit onbezorgd klinkende liedje was ook nog een aardige hit in 1973. Maar zo onbezorgd bleef het helaas niet. ‘Harry Hippie’ is losjes gebaseerd op een van Bobby’s broers, Harry Womack, de  bassist van The Valentinos. Harry stierf in 1974 na een uit de hand gelopen ruzie met zijn vriendin. Womack: ‘Hij is op brute wijze vermoord in mijn huis door zijn jaloerse vriendin, met wie hij al vijf jaar ging. Ze vocht vaak, gebruikte veel geweld. En wij zijn opgegroeid met de gedachte dat je geen vinger uitstak naar een vrouw, dus hij heeft zich totaal niet verzet. Zij heeft hem doodgestoken.’ ‘Harry Hippie’ was totaal van betekenis veranderd door het verschrikkelijke voorval. ‘Ik zing het nog steeds, ter ere van hem.’

‘Harry Hippie’ is eveneens belangrijk in het oeuvre van Womack, omdat het hem voor het eerst verbindt met een andere muzikale legende (en een goede vriend): Jim Ford. Ford componeerde ‘Harry Hippie’ en het zou zijn bekendste song blijven. Hij stierf in 2007, net voordat er een comeback gepland stond. Alleen een comeback voor wat, zou je je kunnen afvragen, aangezien Jim Ford slechts in zeer kleine kring bekend was, al namen Aretha Franklin, The Temptations en P.J. Proby songs van hem op en ziet Nick Lowe in hem zijn grote voorbeeld. Tegenwoordig wordt Ford – check zijn cd Harlan Country – gezien als case in point voor de stelling dat country en soul zeer dicht bij elkaar liggen. Daarover later meer. Zoals ook over Ford later meer.

Communication

De donkere funk van ‘Communication’, met zijn houterige ritmiek en zijn heftige gitaren, zou niet hebben misstaan op There’s A Riot Goin’ On van Sly & The Family Stone. Het is een referentie die niet uit de lucht komt vallen: Womack speelde een belangrijke rol op de meest duistere plaat van Sly Stone. Hij staat dan ook breed glimlachend afgebeeld in de rechterbovenhoek van de fotocollage die de achterkant van de platenhoes siert. Zijn gitaarspel is bijvoorbeeld prominent te horen op ‘Family Affair’, de laatste Amerikaanse nummer een-hit van Sly & The Family Stone. Communication kwam in september 1971 uit, twee maanden eerder uit dan Riot…, dat nu als een meesterwerk geldt, terwijl vrijwel niemand de plaat van Womack nog noemt. 

Medley: Monologue/Close To You

‘Uuuh. Hello, hello, how are you? I wonder, can I borrow ten minutes of your time?’

Zo begint Bobby zijn versie van Burt Bacharachs en Hal Davids ‘Close To You’ die negenenhalve minuten (en niet tien dus) duurt. Het begint met een rap avant la lettre, een van Womacks befaamde gesproken introducties, hier over de valkuil van de commercie, die hem de bijnaam The Preacher bezorgden.

Maar goed, na vierenhalve minuut begint het nummer pas echt. En dat is werkelijk een magisch moment.

 Across 110th Street

Aah, deze kent iedereen. Toch? Maar heeft iemand weleens de gelijknamige film, met Antony Quinn in de hoofdrol, gezien waar het lied oorspronkelijk vandaan komt? Valt helemaal niet tegen.

Nobody Wants You When You’re Down And Out

Weer een compleet andere kant van het muzikale spectrum van Bobby Womack (die overigens altijd opmerkelijk als Bobby Womack blijft klinken, waar hij zich ook in dat spectrum mag bevinden). De blues standard van Jimmy Cox, populair geworden door Bessie Smith, krijgt een eigentijdse bewerking, met een funky ritmesectie, rockgitaar en flinke dosis strijkers. (Voor 1973 dan toch…)

I’m Through Trying To Prove My Love To You

Dit is zo ongeveer de blauwdruk van de typische Bobby Womack ballad. Als je hier niet gevoelig voor bent, is deze Perfect gewoon niet voor jou.

Lookin’ For A Love

Ik heb altijd een zwak gehad voor dit luchtige lied, wat wellicht iets te opzichtig naar de hitparade lonkt. Maar damn – wat is en blijft het catchy.

‘Lookin’ For A Love’ was niets minder dan het startschot van de seculiere carrière van Bobby Womack. Het nummer werd in maart 1962 de door Sam Cooke geproduceerde debuutsingle van The Valentinos, de groep rond de broers Womack, dat het schopte tot de achtste plaats van de R&B charts van Billboard in 1962. Bobby Womack, die de lead zong, was 17 jaar oud. Hij kreeg geen credits als schrijver, hoewel zijn ‘Couldn’t Hear Nobody Pray’, een jaar eerder opgenomen met dezelfde band die toen nog pure gospel speelde en The Womack Brothers heette, wel degelijk als basis diende voor het werk van J.W. Alexander en Zelda Samuels, de huiscomponisten van Sam Cooke. Zij kregen van hun baas de opdracht Womacks lied te bewerken tot een nummer om op te dansen. Cooke stelde vervolgens een naamsverandering voor, met de hitnotering als gevolg.

‘Lookin’ For A Love’ werd, in de versie hier aanwezig, nog een keer een succes voor Womack. Hij had begin jaren zeventig de gewoonte ontwikkeld de song voor het begin van opname-sessies te gebruiken om zijn stembanden los te krijgen. Bijna voor de grap nam Womack het in 1974 op, in één take, met zijn broers in het achtergrondkoor. Eerst weigerde hij ‘Lookin’ For A Love’ als single uit te brengen. Maar nadat Womack mokkend had toegestemd, werd het zijn enige Top tien-notering in de pop charts van de Verenigde Staten.

Doing It My Way

‘That’s the only way I know’, aldus Womack. Invoelende ballad voorzien van weelderige orkestratie.

Interlude #1/I Don’t Know What The World Is Coming To

Een kwaad klinkende Womack, ondersteund met luide rockgitaar in het titelnummer van zijn meest zwarte (als in: duistere) plaat, die schandalig ondergewaardeerd is. Zijn broer Harry was een wrede dood gestorven op het moment dat ‘Lookin’ For A Love’ nog hoog in de hitparade stond. Dat zou de toon kunnen verklaren hier.

Superstar

Of hier, in deze bittere aanklacht tegen verwaande popsterren: ‘You walk around high, with your head in the sky. Think you got it made, but deep inside you’re afraid.’ De band die Womack begeleidt, is trouwens puik: Jim Keltner op drums, David Foster op piano en Sneaky Pete Kleinow op steelgitaar.

 If You Want My Love) Put Something Down On It

Klinkt die strijkerspartij niet enigszins bekend? Juist ja, van het verschrikkelijke ‘Da Ya Think I’m Sexy’ van Rod Stewart. Dat trouwens helemaal van jatwerk aan elkaar hangt. Luister maar eens naar ‘Taj Mahal’ van Jorge Ben Jor, waaraan het hysterische refrein is ontleend.

‘(If You Want My Love) Put Something Down On It’ staat ook op Caught Up van Millie Jackson, een klassieke conceptelpee over een driehoeksverhouding. En het muzikale thema van die strijkpartij keerde recent via de achterdeur weer terug in het oeuvre van Womack: het is als trieste synthesizermelodie te horen in ‘Whatever Happened To The Times’ van The Bravest Man In The Universe.

Interlude #2

Nogmaals het titelnummer van I Don’t Know What The World Is Coming To, dit keer vertraagd, wat het geheel een spookachtig effect meegeeft. En nee, Bobby weet nog steeds niet waar het met de wereld heengaat.

Trust Me

Het lied dat hij schreef voor Janis Joplin en dat vervolgens op haar grote succes Pearl terecht kwam. Womack claimt een van de laatste mensen te zijn die haar zag voor haar dood in oktober 1970. Vijf jaar later pas zou hij zelf een versie van het lied opnemen, dat op de hoes van zijn elpee Safety Zone ‘Trust In Me’, en geen ‘Trust Me’, wordt genoemd.

Behind Closed Doors

Dat is even schrikken: ‘Behind Closed Doors’ is een onvervalste country ballad. Afkomstig van BW Goes C&W. Een plaat die alleen vanwege de achterkant van de hoes de aanschaf al waard is. Daar is namelijk een foto afgedrukt van Bobby Womack met zijn grote bril, die hij standaard draagt, terwijl hij pijp rookt. Gezeten op een paard.

Verder is BW Goes C&W vooral curieus. Womack zelf verklaart: ‘Toen het succes naar verloop van tijd uitbleef, zei ik mijn platenmaatschappij van weleer, United Artists, dat ik een keer iets anders wilde proberen: een country & western-elpee. Deels uit balorigheid, dat geef ik toe. Maar iedereen die maar iets van Amerikaanse muziek weet, ziet de link tussen soul en country & western. Dezelfde thema’s, ander jasje. Maar… United Artists vond het niets. Toentertijd was er maar één zwarte zanger die succes had met country. Een kerel met de naam Charley Pride. Ik had al een titel in gedachten, die ik ook United Artists voorstelde: Step Aside Charley Pride, Give Another Nigger A Try.’ Gek, maar dat vonden ze niets. Uiteindelijk is de elpee wel uitgekomen, als BW Goes C&W, maar bij een ander label. United Artists bleek me te hebben doorverkocht aan Columbia. En daar had niemand van me gehoord.’

Needless to say: het succes van Bobby Womack werd snel minder.

How Could You Break My Heart

In het discotijdperk kon Womack maar moeilijk aansluiting vinden bij de top. ‘How Could You Break My Heart’ werd op het nippertje van de vergetelheid gered door de Italiaanse (!) verzamel-cd Modern Soul – Living For The Weekend, waar het een plek kreeg naast Changin’ van Esther Phillips en Big Time Lover van Cornelius Brothers & Sister Rose. Het gescat aan het eind had voor mij niet gehoeven, maar de groove blijft smooth en smeuïg. En ik geniet enorm van een Womackiaanse zinsnede als ‘it’s like Jack and Jill going over the hill…’

So Many Sides Of You

The Poet uit 1981 was de glorieuze terugkeer van Bobby Womack. De plaat haalde de top van de zwarte hitlijst in Amerika. ‘So Many Sides Of You’ is het even zwoele als opzwepende openingsnummer. Een van de auteurs, naast Womack zelf: Jim Ford. Hij schreef mee aan elf songs van wat later The Poet-trilogie zou worden genoemd.

Games

The Poet is tijdloos gebleken. Althans in mijn optiek. Het cassettebandje met de plaat doet al jaren uitstekend dienst bij lange autoritten. Vocaal is Womack op de top van zijn kunnen. En ondanks de soms ronduit smartelijke teksten, zoals hier met over de ‘games that people, they’re so afraid to face to the time of day’, blijft de muziek altijd warm en weldadig.

(Er bestaat ook een fantastische akoestische versie van dit nummer dat op de cd-uitgave van The Poet staat. Helaas niet op Spotify.)

If You Think You’re Lonely Now

De Bobby Womack-ballad waarmee alle andere Bobby Womack-ballads overbodig worden. Achter de verleidelijke toon van Womacks zang en de geruststellende muziek gaat het venijn van de tekst schuil. Of misschien begrijp ik ‘if you think you’re lonely now, huh, wait until tonight, girl’ helemaal verkeerd? Het lijkt me nogal… gemeen.

K-Ci Hailey – kent iemand K-Ci & JoJo nog? Of Jodeci? – had in 1994 een grotere hit met het nummer dan zijn idool. Mariah Carey zingt in nummer een-hit uit 2005, ‘We Belong Together’: I can’t sleep at night / When you are on my mind / Bobby Womack’s on the radio / Singing to me: ‘If you think you’re lonely now.

‘Huh’, zou ik haar alsnog willen toebijten, ‘wait until tonight, girl.’

Love Has Finally Come At Last

The Poet II was minder dan The Poet, maar niet veel minder. Het vrouwenkoor is hier als een satijnen deken en laat weten: ‘Love has finally come at last and I’m never gonna give it back. Oe no oh no oh no.’ Dan komt Bobby in zijn zijden pyama tussen de lakens liggen, met de woorden: ‘Just like that old cliche, one that simply says: you can’t miss what you never had.’ En dan geef ik me verloren (ondanks het feit dat ik niet veel geef om de stem van Patti LaBelle, die de vrouwelijke partij van dit duet zingt).

Trying To Get Over You

Wat zijn die Poet-platen toch geraffineerd geproduceerd, zeg.

Trying To Get Over You – Acoustic

Productie – my ass. Denk ik telkens weer als ik deze akoestische uitvoering erna hoor. Bij de officiele plaat-versie heb ik bewondering voor het liedje, voor de uitvoering, voor het geluid; bij deze uitgeklede versie lig ik, ondanks die paar gemiste noten, of misschien juist wel door die paar gemiste noten, in katzwijm voor niemand anders dan… Bobby Womack.

Wat-een-ongelooflijke-performer.

I Wish He Didn’t Trust Me So Much

De laatste grote R&B-hit van Bobby Womack, uit 1985, over een man die op het punt staat de vrouw van zijn beste vriend te schaken.

Dayglo Reflection (feat. Lana Del Rey)

‘Dayglo Reflection’ is het sleutellied van The Bravest Man in the Universe, de laatste cd van Womack, zoals gezegd gemaakt onder productionele leiding van Richard Russell en Damon Albarn. Het begint met een door de jaren getekende stem die zegt: ‘As a singer grows older his conception goes a little deeper because he lives life and he understands what he’s trying to say a little more.’ Dat gaat zeker op voor Bobby Womack.

Tijdens de opnamen van The Bravest Man In The Universe werd hij op een dag gebeld door zijn 91-jarige moeder. Dat gebeurde vaker, maar dit gesprek was ongewoon. Want de vrouw, die normaliter van zoveel levensvreugde blijk gaf, leek er nog maar weinig zin in te hebben. Womack: ‘Ze zei: “Ik zal je precies vertellen in welke jurk ik begraven wil worden.” Ik zei: “Mam, doe niet zo gek.” Want wat moet je in zo’n geval anders zeggen? Ik dacht dat ze theater maakte. Dat ze misschien om wat aandacht verlegen zat. Maar de volgende dag was ze dood.’

Nog steeds hoort Bobby Womack haar zingen in zijn hoofd, want in de begindagen zong zijn moeder mee met hem en zijn broers. ‘Ze had een geruststellende stem. Zo zal ik mij haar herinneren, als geruststellend. In mijn leven stond ze voor twee dingen: zekerheid en liefde. Beide heb ik niet overmatig mogen ontvangen, maar wel van mijn moeder.

‘Damon vroeg me na haar overlijden of ik de opnamen wilde onderbreken. Maar ik wilde juist iets doen met dat gevoel van verlies, begrijp je? Dat werd ‘Dayglo Reflection’, het duet dat ik opnam met Lana Del Rey. Ik had nog nooit van haar gehoord, maar wat een zangeres… Door haar, door Damon en Richard, door mijn gemoedstoestand van dat moment is het één van de mooiste nummers geworden die ik ooit heb opgenomen. Zie het als een eerbetoon aan zekerheid en liefde, twee zaken waar geen mens genoeg van kan hebben.’

De toegift.

Vijf extra songs die duidelijk gelinkt zijn aan Bobby Womack, maar die niet onder zijn naam zijn verschenen. En hiermee is het plaatje nog steeds allesbehalve compleet. Want waar zijn, ik noem maar wat, de schitterende liedjes die hij opnam met Kip Hanrahan?

Een Bobby Womack-verzameling, de man zelf zal het zeker beamen, is nooit af.

I’m Gonna Forget About You – The Valentinos

It’s All Over Now – The Rolling Stones

Chain of Fools – Aretha Franklin

Love Wars – Womack & Womack

Stylo (Album Version) [feat. Mos Def and Bobby Womack] – Gorillaz 

David Kleijwegt – juli 2013